Reactie Brabant op doelen van het Rijk voor reductie van stikstof

10-06-2022 {0} reacties

Vandaag heeft minister Christianne van der Wal voor Natuur en Stikstof de Tweede Kamer een brief toegezonden over de startnota Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) met daarin richtinggevende doelen per gebied voor het naar beneden brengen van de stikstofemissie.

Vrijdag 10 juni  heeft minister Van der Wal voor Natuur en Stikstof de Tweede Kamer een brief gezonden over de startnotitie Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) met de richtinggevende gebiedsdoelen. Daarnaast heeft minister Staghouwer van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een brief verzonden met daarin het perspectief voor agrarisch ondernemers. Voor Brabant blijft naast een pakket aan bronmaatregelen waarbij alle sectoren een bijdrage leveren aan stikstofreductie - uit de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof (BOS) - een gedegen gebiedsproces met alle betrokken partijen het uitgangspunt om te komen tot een duurzame situatie in de gebieden.

Gedeputeerde Erik Ronnes: “Voor Brabant blijft naast een pakket aan bronmaatregelen waarbij alle sectoren een bijdrage leveren aan stikstofreductie - uit de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof (BOS) - een gedegen gebiedsproces met alle betrokken partijen het uitgangspunt om te komen tot een duurzame situatie in de gebieden”.

Een betere balans tussen natuur en ontwikkelingen is onontkoombaar en in Brabant zijn we al jaren bezig met de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof. Dat beleid kent drie elementen die als tandwielen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: versterken van de natuur, stikstofuitstoot fors terugdringen en maatschappelijke en economische ontwikkelingen mogelijk maken. Dat doen we samen met partners in Brabant en in de verschillende gebieden, via de Gebiedsgerichte aanpak groenblauw.

We zijn ons bewust dat de plannen van de minister op sommige plekken hele grote impact hebben, ook voor de bewoners en ondernemers in de gebieden, onder wie agrariërs. Tegelijkertijd zijn de opgaven voor natuur en water in sommige gebieden heel groot en willen we via vergunningverlening ontwikkelingen op gang houden.

Boeren horen bij Brabant. Maar we hebben wel een opgave. Dat waren we ons al bewust en daar spelen we met ons beleidskader Landbouw en Voedsel al vol op in. We willen boeren houden in Brabant, daarom willen we hen helpen hun bedrijfsprocessen te verduurzamen, zodat ze juist wel een toekomstperspectief hebben. Want de transitie is nodig, maar een transitie doet ook pijn, daarvoor moeten we voldoende ondersteuningsnetwerken beschikbaar hebben. Dat zijn we al gewend met onze ondersteuningsteams, maar daar moeten we nu nog sterker op inzetten. Want we gaan juist voor een Brabant mét boeren, een sector die laat zien hoe het ook kan, die volop innoveert voor een sterke natuur, want die hebben ze zelf ook hard nodig. Belangrijk is wel dat de landbouw niet kan verduurzamen als niet de hele agrifoodsector meedoet, niet alleen de boer, maar de hele keten is verantwoordelijk.

De provincie bekijkt nu hoe de richtinggevende doelen, zoals gesteld door de minister, passen bij de bestaande lijn. Ook de brief van minister Staghouwer leggen wij naast het beleidskader Landbouw en Voedsel.

Bovendien zetten we het gesprek voort met betrokken partijen in de gebieden bij de te maken keuzes in de aanpak. Deze moeten haalbaar, realistisch toepasbaar en duurzaam zijn. De Gebiedsgerichte aanpak levert net als de bronmaatregelen uit de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof een belangrijke bijdrage aan het behalen van de richtinggevende doelen. Het gaat daarbij wat Brabant betreft niet alleen om stikstofreductie, maar om een integrale aanpak voor het versterken van natuur, het tegengaan van droogte en de transitie van de veehouderij.

Het is goed dat de minister een eerste duidelijke stap zet. Maar er ontbreken punten die de provincies samen nadrukkelijk aan de minister hebben meegegeven:

  • we missen het maximaal inzetten op daling van stikstofemissie en -depositie door generieke landelijke  maatregelen;
  • de doelen zijn vormgegeven aan de hand van zones rondom natuurgebieden. Wij willen nadrukkelijk ruimte houden voor gebiedsprocessen om samen de noodzakelijke stappen te zetten.
  • deze doelen gaan over stikstof, terwijl de opgaven in het landelijk gebied breder zijn dan alleen stikstof. Denk aan andere doelen vanuit de wet, zoals de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn. Deze ontbreken nog. Het Rijk heeft aangegeven dat die ook nog moeten ‘landen’ in de gebiedsprocessen.
  • we missen instrumentarium en financiële middelen.

De komende periode gaan we verder in gesprek met bewoners en ondernemers en aan bestaande tafels met terreinbeherende organisaties, de agrarische sector, waterschappen, gemeenten en ondernemersorganisaties.  

Lees hier de veelgestelde vragen en antwoorden van het Rijk over de brieven

Cookie-instellingen